HRMLog

In deze weblog houdt Kathalijne Schuurmans ontwikkelingen bij op het gebied van Human Resources Management (HRM).

23 mei 2008

'werkgéver' en 'werknémer'

Even een leuke hrm-doordenker voor in het weekend.

Werkgever en werknemer, termen die we vaak gebruiken. Maar, zeggen we het eigenlijk wel goed?

"Ik geef mijn werk aan mijn baas, die vervolgens mijn werk neemt. Waarom heet hij dan de werkgéver en ik de werknémer?"

22 mei 2008

Vakantiegeld wordt meteen uitgegeven

Het is weer mei, de maand dat het vakantiegeld wordt uitgekeerd. En wat doen we dan met z'n allen? Sparen, of schulden aflossen? Nee dus, we geven het meteen weer uit!

Het Nationaal Incasso Bureau (NIB) - actief als incassobureau en debiteurenbeheerder - deed onderzoek naar schuldaflossing in de afgelopen 15 jaar. Daaruit blijkt dat het vakantiegeld door veel Nederlanders meteen wordt uitgegeven. Zelden wordt het vakantiegeld gebruikt voor het aflossen van schulden. Sterker nog, wij Nederlanders maken alleen maar meer schulden als wij ons vakantiegeld hebben gekregen.

Incassobureau's verliezen het van de middenstand, aldus Maarten van der Donk van NIB.

16 mei 2008

Verzuimende werknemer moet uren inhalen

Loek Hermans, voorzitter van MKB-Nederland, vindt dat de arbeidsverhoudingen in Nederland grondig moeten veranderen. Verzuimende werknemers zouden de verloren gegane uren moeten inhalen. Dit zegt hij in een interview dat zal verschijnen in vakblad Arbo.

Een ondernemer betaalt niet als een afspraak niet wordt nagekomen. Waarom zou een werkgever dan wel een werknemer die zijn uren niet maakt betalen? Als werkgever en werknemer een arbeidscontract van 1.800 uur per jaar afspreken en iemand komt maar 1.600 uur, dan is het niet meer dan logisch dat die uren worden ingehaald, aldus Hermans.

Hermans gaat nog een stap verder. Hij is van mening dat de premie voor de zorgverzekering onderdeel wordt van onderhandelingen over secundaire arbeidsvoorwaarden. Net als de pensioenpremie dat al is.

Al eerder pleitte Hermans voor de invoering van het risque social, risque professionel principe: Een werknemer die risicovol leeft, is ook verantwoordelijk voor verzuim dat daaruit voortvloeit.

Dit is een onderwerp dat voor veel discussie zorgt. Zelf heb ik daar al meerdere malen over gelezen en geschreven, want het is een interessant onderwerp. Ik ben het met Hermans eens dat een werknemer die bijvoorbeeld een risicovolle sport beoefent, en daardoor, na waarschuwing van werkgever, gewond raakt en niet kan werken, zelf (deels) verantwoordelijk is voor de kosten. In zo'n geval is het inderdaad nogal veelgevraagd om de werkgever hiervoor op te laten draaien.

Echter, wat nou als het gaat om een rook- of alcoholverslaving, of een werknemer die door ongezond eetgedrag vaak verzuimt? Hoe ver mag je als werkgever gaan, en waar ligt dan de grens?

Geinteresseerd in dit onderwerp? Lees dan hier mijn artikel over risicosporten dat ik schreef voor Expand.

Percentage RSI-klachten flink gedaald

In het afgelopen jaar was maar 5% van alle beroepsziektemeldingen toe te schrijven aan RSI. In 2003 was nog 30% van de ziektemeldingen RSI-gerelateerd. Het aantal meldingen van RSI is daarmee nu weer op het niveau van 10 jaar geleden.

Deze cijfers komen van het Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS), en werden gepubliceerd in het blad 'Verzekerd!'. Volgens het CVS lijken de voorlichting en preventieve maatregelen hun vruchten af te werpen.

Sinds eind jaren negentig nam het aantal RSI-klachten schrikbarend snel toe. Het 'topjaar' was 2003. In dat jaar was het totaal aantal beroepsziektemeldingen 960. Verzekeraars ontvingen bijna 300 RSI-claims. Het totaal aantal beroepsziektemeldingen daalde in 2007 tot 600.

Repetitive strain injury; RSI, kan leiden tot een muisarm, nek-, rug- en schouderklachten. Tegenwoordig wordt overigens gesproken van CANS, dat staat voor complaints of arm, neck and/or shoulder. Net als RSI is CANS geen diagnose op zich, maar een typering voor werkgerelateerde aandoeningen die behandeling behoeven. Een goede diagnose stellen is daarbij van belang. Het CANS-model is een geschikt hulpmiddel.

06 mei 2008

Bereidheid tot langer doorwerken wint aan populariteit

Waar 2 jaar geleden nog maar een op de vijf werknemers wilde doorwerken tot hun 65e jaar, is dat nu een op de drie. Dit blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2007.

Onder alle leeftijdsgroepen is de bereidheid om langer door te werken ongeveer even sterk gestegen. Bij jongeren tot 20 jaar is de bereidheid het grootst. 44% Van hen wil blijven werken tot 65 jaar. Werknemers van rond de 30 en werknemers van voor in de 50 zijn er het minst enthousiast (30% van hen wil wel doorwerken tot hun 65) over.

Er zijn ook sterke verschillen waarneembaar per sector. De bereidheid tot langer doorwerken is in de bouw het kleinst. Daar wil slechts een kwart van de werknemers doorwerken tot het 65e jaar. In de landbouw en visserij is de bereidheid met 40% het hoogst.

Minister Donner vindt de uitkomsten van de enquête een teken dat de discussie over langer doorwerken, die door het kabinet in gang is gezet, effect heeft. Het kabinet wil dat meer oudere werknemers langer aan de slag blijven. Dit om de vergrijzing tegen te gaan.